Goud delven in 2500 jaar geschreven Astrologie. Als astrologie een taal is, dan is het de oudste ter wereld. Astrologen kunnen putten uit geschreven bronnen die teruggaan tot ver voor Christus. In deze serie duikt Ben Rovers in de goudmijn van 2500 jaar geschreven astrologie en bespreekt werken die te interessant zijn om te vergeten. Ze komen uit alle stromingen van de Westerse astrologie. De selectie is een puur persoonlijke. Het belangrijkste criterium is dat het werk een inspiratiebron kan vormen voor astrologen van deze tijd.

Deze keer: ‘Cosmologie; elementen der practische astrologie’ van A.E. Thierens

Waarom dit werk?

Het is tijd om een relatief recent werk onder de loep te nemen. Thierens’ inleiding in de astrologie dateert van 1911. Voor een astroloog is dit niet meer dan een piepklein ommetje in de geschiedenis. Wie het boek ter hand neemt, valt meteen een belangrijk verschil op met veel hedendaagse inleidingen in de astrologie. Moderne inleidingen zijn bijna zonder uitzondering heel praktisch, gericht op het beschrijven van enkele belangrijke technieken en meestal voorzien van korte ‘kookboekduidingen’. Het boek van Thierens onderscheidt zich door een veel grotere aandacht voor en verbinding met esoterische filosofie en kosmologie. De theosofische leer van Blavatsky vormt een belangrijke inspiratiebron. De inbedding van astrologie in een groter filosofisch/religieus systeem, maakt zijn werk ook voor de moderne astroloog boeiend, omdat het vaak een nieuwe (en eigenlijk dus oude) kijk biedt op bekende astrologische symbolen. Oh ja, en in 1911 voorspelde Thierens dat de eerstvolgende nieuwe planeet die ontdekt zou worden, naar de aard van Pluto zou zijn. Briljant toch?!

Het boek dat we hier bespreken is het tweede deel van een trilogie. Het eerste deel bevat opstellen over natuurfilosofie en het derde deel heet ‘Astrologie als levensleer’. Thierens raadde de lezer aan de boeken in deze volgorde te lezen. Geen overbodige luxe, want om zijn inleiding in ‘practische astrologie’ te kunnen volgen, is enige kennis van theosofie en wat hij ermee doet in zijn boek over natuurfilosofie, wel heul-heul handig.

Wie was A.E. Thierens?

Ervaring is een verandering in zijn

We duiken niet in deze ondermaanse wereld om ‘lessen te leren’, maar om ons Zelf te zijn

Adolph Ernestus Thierens (1875-1941) was een man van velerlei kunne. Hij was o.a. marineofficier (hij kwam uit een militaire familie), ambtenaar, journalist, filosoof én uiteraard astroloog. Hij publiceerde over tal van onderwerpen, zoals de marine, theosofie, opvoeding, vrijmetselarij, (natuur)filosofie, tarot, kosmologie en astrologie. In 1907 was hij medeoprichter van het Nederlands Genootschap tot bestudeering van de Astronomie en Moderne Astrologie (voorloper van het huidige Werkverband van Astrologen), samen met Leo Knegt en Theo Ram. Thierens zou later in zijn leven grote verschillen van mening ontwikkelen met vooral Theo Ram. En aangezien de geschiedenis wordt geschreven door winnaars, weten we tegenwoordig meer over Ram dan over Thierens. Misschien ten onrechte.

In 1925 promoveerde Thierens aan de universiteit van Lausanne. Onduidelijk (voor schrijver dezes) is op welk onderwerp, maar het lijkt om zijn natuurfilosofische werk te gaan. Een jaar later ontving hij aan dezelfde universiteit een eredoctoraat voor zijn baanbrekende werk in (o.a.) de astrologie. Kom daar tegenwoordig eens om. Sommige van zijn boeken, zoals het boek dat we hier bespreken, maar ook zijn boeken over natuurfilosofie en tarot, zijn nog steeds goed te verkrijgen. Veel van zijn werk is vertaald in het Engels en wordt (in die taal) nog veel gelezen. Dit zegt misschien iets over de relevantie van zijn werk. Hij wordt niet voor niets genoemd als een van de grondleggers van de moderne astrologie in Nederland. En die moderne astrologie was gestoeld op theosofie.

Theosofie samengevat in 9 uitspraken

Theosofie is een oude wijsheidsleer die in de 19e eeuw door de Russin Helena Blavatsky nieuw leven werd ingeblazen. Haar idee is dat achter alle wijsheidsleren in de geschiedenis één, ongedeelde waarheid te ontdekken is. Theosofie is de kennis van het goddelijke die men verwerft door spirituele ontwikkeling. Het gaat (dus) om esoterische kennis: deze kan alleen worden verkregen door de ziel af te wenden van het stoffelijke en te richten op het hogere. Door dit te doen, zullen de werkelijke geheimen van het leven zich openbaren.

Ook in deze tijd zijn velen enigszins bekend met Blavatsky’s teksten, zoals opgenomen in ‘De geheime leer’ en ‘Isis ontsluierd’. Aanzienlijk minder mensen is het gelukt het lezen van deze teksten tot een goed einde te brengen. Hoe zullen we het zeggen…: H.P. Blavatsky is geen J.K. Rowling (no offence).  Gelukkig barst het van de volgelingen die het wel hebben volgehouden én begrepen, althans dat hopen wij, de niet-volhouders, van harte. Zij hebben Blavatsky’s ideeën geordend en meer toegankelijk gemaakt.

Voor wie net zo lui is als ondergetekende, raad ik Ianthe Hoskins’ samenvatting aan om mee te beginnen (Grondslagen van esoterische filosofie, 1992). Ik zal haar samenvatting hierna opnieuw samenvatten in 9 uitspraken.

Enkele belangrijke uitgangspunten en leerstellingen van theosofie

  1. Aan alle vormen in onze wereld ligt een wezenlijke eenheid ten grondslag. Deze is alom, eeuwig en onveranderlijk.
  2. Dit ene zijn kent twee basisaspecten: positief en negatief (geest en stof).
  3. Alles in het heelal is bewust. Bewustzijn ontstaat uit beweging en verandering, veroorzaakt door de dimensies van ruimte en tijd.
  4. De dimensies ruimte en tijd veroorzaken d.m.v. beweging alle cycli.
  5. Elke uitwendige en zichtbare beweging wordt veroorzaakt door een inwendige en onzichtbare beweging. Plat gezegd: het geestelijke veroorzaakt het stoffelijke, het hogere het lagere.
  6. Alles beweegt zich naar een ‘hoger leven’.
  7. Alle materie is bezield.
  8. De mens is een microkosmos die een spiegel vormt van de macrokosmos. In beide is de wezenlijke eenheid aanwezig.
  9. De menselijke ziel is -net als alle zielen- gelijk aan de ‘Universele Overziel’.

In de wezenlijke eenheid die aan de verschijningsvormen ten grondslag ligt, is alle informatie opgeslagen die vorm krijgt (d.w.z. manifest wordt) in de wereld die wij kennen en medescheppen Dit is het idee van Akasha. Paracelsus verwoordt dit aldus:

  Alle kennis komt van de sterren. De mens verzint of schept geen ideeën; de ideeën bestaan, en de mens is in staat ze te vatten. Als alle muziekleraren in de wereld op één dag zouden sterven, zou de hemel, die de oorspronkelijke leraar van de muziek is, niet sterven en andere mensen deze kunst leren. […] Er bestaan veel ideeën die de mens nog niet heeft begrepen; veel sterren zijn nog te ver weg om een verbinding met de aarde te vormen. Het rijk van sterren en ideeën is oneindig, en daarom is de bron van uitvindingen en ontdekkingen nog niet uitgeput. (Hartmann, z.d.)

Theosofie als bakermat van de moderne astrologie

Uit voorgaande ultrasamenvatting wordt duidelijk dat de kernbeginselen van theosofie heel goed lijken aan te sluiten bij de beoefening van astrologie, zoals het idee van wetmatige cycli, de idee van een micro- en macrokosmos, et cetera. Het mag dan ook geen verrassing heten dat in de slipstream  van de hernieuwde belangstelling voor theosofie ook astrologen zich begonnen te interesseren voor dit ideeëngoed.  Blavatsky zelf had weinig verstand van astrologie, maar in Engeland was het vooral theosoof en astroloog Alan Leo, die zorgde voor een radicale omwenteling in de astrologie, door de innerlijke en spirituele dimensie in astrologie centraal te stellen en de meer materialistische en op voorspelling gebaseerde astrologie vaarwel te zeggen. Nicholas Campion noemt dit in zijn standaardwerk over de geschiedenis van astrologie een revolutie die vergelijkbaar is met de introductie van horoscopen in de Hellenistische tijd.

Alan Leo (1860-1917) introduceerde allerlei zaken die veel astrologen vandaag de dag volstrekt vanzelfsprekend vinden, maar die dat voor zijn tijd absoluut niet waren, zoals het centraal stellen van het Zonneteken in de horoscoop als zijnde het innerlijke licht waarin de geestelijke kern zich uitdrukt in het individu. Of het idee van reïncarnatie, waarin blijkens onderzoek van Gary Phillipson (2000) het overgrote deel van de hedendaagse astrologen gelooft. Leo kan worden beschouwd als de grondlegger van de moderne, esoterische astrologie in het Westen. Opvallend eigenlijk, want waar het Westerse denken zich na de verlichting meer en meer in de richting van een materialistisch wereldbeeld ontwikkelde, was het Leo die de astrologie juist de andere kant op bewoog. Hij gaf de astrologie een spirituele slinger die tot op de dag van vandaag gevoeld kan worden.

De inhoud van het boek

Voor hen die in de theosofische literatuur thuis zijn, zal (…) méér dan een oppervlakkig begrip ontstaan. De overigen moeten zich vergenoegen met het oppervlakkige, want inderdaad kan de astrologie niet begrepen worden in hare afkomst, hare redelijkheid en haar ware wezen, dan op den grondslag van de ware theosofie (Thierens, p. 30-31)

De eerlijkheid gebiedt te melden dat Thierens inleiding in de astrologie voor de hedendaagse lezer niet erg toegankelijk is, vanwege het zeer ruime gebruik van theosofische begrippen en leerstukken, die vaak niet worden toegelicht; Thierens verwijst hiervoor regelmatig naar zijn andere werk hierover (de ‘Wij-van-WC-eend-formule’).

Het boek bevat, zeker naar hedendaagse standaarden, veel (theosofisch-)kosmologische beschouwingen en weinig kookboekteksten. Wie zoekt naar een concrete duiding van zijn of haar Ascendantteken, blijft zoeken. Toch worden tekens, planeten, huizen en aspecten allemaal behandeld. Thierens duiding hiervan verwijst echter maar zeer beperkt naar de ‘aardse’ manifestaties (zoals: Maan in Steenbok duidt op verantwoordelijkheidszin), maar richt de aandacht vooral op het geestelijke plan dat eraan ten grondslag ligt.

Het citaat waarmee deze paragraaf begint says it all: om iets over astrologie te leren, dienen we volgens hem de aandacht te richten op de esoterische (d.w.z. verborgen) aspecten ervan. Deze verwijzen veeleer naar generieke geestelijke waarheden dan naar individuele ditjes en datjes in het ondermaanse. Niet het individu, maar het hogere zelf als werkzaam beginsel daarin, staat bij hem centraal (in de theosofie het ego genoemd). Dit ego manifesteert zich in de combinatie van kosmische motieven (planeten, tekens e.d.) en aardse omstandigheden (huizenplaatsingen). Deze benadering verschilt wezenlijk van veel hedendaagse, populaire benaderingen van astrologie, waarin vooral het individu centraal staat. In een moderne inleiding van astrologie kunnen we lezen dat astrologie antwoord geeft op vragen als wie ben ik, waar kom ik vandaan en waar ga ik naartoe (eigen cursiveringen, BR)? Ik vermoed dat dit voor Thierens het paard achter de wagen spannen is, ofwel: de duiding aan de verkeerde kant starten.

Thierens bespreekt in dit boek veel boeiende kosmologische en astrologische thema’s, zoals de verhouding tussen geest, ziel en lichaam, de ontwikkelingscyclus van de huizen, heerserschappen door hypothetische planeten, etc. Het is onmogelijk om ze hier allemaal langs te lopen (en … er moet ook iets te ontdekken overblijven😉). We lichten er één thema uit: in navolging van andere theosofen onderscheidt Thierens naast de horoscoop van de incarnatie, een horoscoop van de ziel.

De prenatale horoscoop van de ziel

Theosofen zoals Thierens zien het geboortemoment in de stof -de horoscoop waarmee de meeste astrologen werken, -met de Ascendant als concreet incarnatiepunt-, als het eindpunt van een ontwikkeling die start vanuit een geestelijk beginpunt (Atman). Vanuit dit punt ontwikkelen zich van boven naar beneden zeven lichamen waaruit de mens is opgebouwd en waarvan het stoffelijke lichaam het laagste en meest verdichte is (zie figuur). Alan Leo stelde dat het moment van conceptie kan worden gezien als de geboorte van het astrale lichaam. Dit is het niet-stoffelijke lichaam dat in deze visie aan de vorming van het stoffelijke lichaam voorafgaat. Thierens spreekt in dit verband over de geboorte van de ziel, omdat het astrale lichaam het geestelijke met de stof verbindt. Waar de horoscoop van de lichamelijke geboorte iemands uiterlijke leven weergeeft, zo is het idee, zo zal de horoscoop van de conceptie meer zicht bieden op iemands innerlijke leven en het zielsverlangen of het zielsplan dat ten grondslag ligt aan het uiterlijke leven.

De zeven lichamen in theosofie

De regel van Hermes

Leo en Thierens konden deze zielshoroscoop vinden door een eeuwenoude techniek te gebruiken die vooral werd (en wordt) toegepast om horoscopen te corrigeren: de Trutina Hermetis, in het Nederlands ‘de regel van Hermes’ genoemd. Deze regel, die al genoemd wordt door Vettius Valens in de 2e eeuw, stelt dat

de Maanpositie tijdens de conceptie gelijk is aan de Ascendant- of Descendant tijdens de geboorte en dat de Maanpositie tijdens de geboorte gelijk is aan het Ascendantpunt tijdens de conceptie (zie de bronnen voor de rekenregels).

De horoscoop die aldus wordt verkregen, wordt zelfstandig geduid als zijnde het innerlijke zielsplan dat ten grondslag ligt aan de uiterlijke verschijningsvormen van de geboortehoroscoop. Meer recent heeft Darrelyn Gunzburg (2002) een dergelijke wijze van duiden geïllustreerd.

De auteur dezes is zeker gecharmeerd van alles wat oud is en naar Hermes is vernoemd, maar we kunnen er niet omheen dat deze regel, hoe simpel en schoon ook geformuleerd, problematisch is in de toepassing. Zo laten de rekenregels verschillende tijdsopties toe waaruit men kan kiezen voor deze horoscoop. Wat is de juiste horoscoop? Daarnaast gaan de theosofen uit van zeven lichamen, waarom zouden we het zielsplan van dit leven kunnen vinden in het tweede lichaam, en niet het derde, vierde of vijfde lichaam? En dan is er nog het gebrek aan toetsing, wat veel moderne astrologen tegen de borst zal stuiten: het praten over zielsplannen die nergens ‘gecheckt’ kunnen worden. Hoe toetsen we de kwaliteit van onze duiding?

Final Thought: betekenis voor deze tijd

De titel van dit boek verwijst naar de praktische dimensie van astrologie. Dit is misleidend, want praktisch is dit boek allerminst. In vergelijking met het boek van Thierens is het inleidende werk van Theo Ram (‘Psychologische astrologie’) een oase van concreetheid te noemen (let wel: alles is relatief). Dus een aanrader voor de beginnende astroloog zou ik dit boek niet willen noemen. Welke waarde heeft het dan wel?

Thierens heeft vooral de gevorderde astroloog met interesse in de zielsdimensie van astrologie, veel te bieden. Die astroloog moet dan wel doorzettingsvermogen hebben, want de auteur maakt het zijn lezers niet gemakkelijk. Voor de volhouders zijn er zeker parels op te duiken in dit werk. De diepgaande theosofische grondslag laat je keer op keer met een nieuwe blik kijken naar bekende astrologische symbolen, zoals tekens en planeten. Zelfs als je niks hebt of niks wilt met theosofie, helpt dit boek je om je kennis van astrologische symboliek te verdiepen. En -óók een kwaliteit-, bij elke (her)lezing biedt het boek weer nieuwe inzichten. Alleen een rijk werk kan deze ervaring bieden.

Meer weten?

Het besproken boek van Thierens is online vrij verkrijgbaar via Delpher: https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?coll=boeken&identifier=MMKB18:009357000. Op deze plek is ook een deel van Thierens andere werk te vinden.

Op internet is veel informatie over theosofie te vinden, zoals op https://www.theosofie.net/ en op https://www.theosofie.nl/

De Werkgemeenschap van Astrologen (WvA) is de opvolger van het mede door Thierens opgerichte Nederlands Genootschap tot bestudering van de Astronomie en Moderne Astrologie. De WvA staat in de theosofisch-astrologische traditie. Meer informatie over deze gemeenschap, zie:  https://www.wva-astrologie.nl/.

Het citaat van Paracelsus is afkomstig van: https://www.theosophy-ult.org.uk/wp-content/uploads/2014/06/hartmann-the-life-of-paracelsus.pdf

Het artikel van Gunzburg over de prenatale epoch werd gepubliceerd in The Mountain Astrologer, 101, oct/nov. 2022. Het is verkrijgbaar via: https://www.academia.edu/1308471/The_Pre_Natal_Epoch

De originele rekenregels van de Trutine van Hermetis zijn te vinden in Valens anthologie, boek 1, het hoofdstuk over conceptie. Zie: https://www.csus.edu/indiv/r/rileymt/vettius%20valens%20entire.pdf

Deze artikelenreeks verschijnt in Astrofocus, het tijdschrift van de Astrologische Vakvereniging Nederland (AVN)